BLOG

NIEUWS   &   BLOG

Bel direct voor hulp
door Bijstandshulp 12 jul., 2019
De rechter oordeelde in de uitspraak van 2 juli 2018 dat er onder bepaalde voorwaarden toch recht kan bestaan op huurtoeslag. 

ECLI: NL : RBGEL : 2018 : 2901


InhoudsindicatieHuurtoeslag, recreatiewoning, vakantiebestedingsbedrijf InstantieRechtbank Gelderland Uitspraakdatum2018-07-02 Publicatiedatum2018-07-12 ZaaknummerAWB - 18 _ 1132 ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig RechtsgebiedBestuursrecht


Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl

Uitspraak RECHTBANK GELDERLAND

Zittingsplaats Arnhem


Bestuursrecht


zaaknummer: AWB 18/1132


uitspraak van de enkelvoudige kamer van  

in de zaak tussen


[eiser], te [woonplaats], eiser,  

en


Belastingdienst/Toeslagen te Utrecht, verweerder.  

Procesverloop


Bij besluit van 21 december 2017 (het primaire besluit) heeft verweerder de huurtoeslag van eiser over 2018 stopgezet per 1 februari 2018.


Bij besluit van 5 februari 2018 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiser ongegrond verklaard.


Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.


Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.


Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 20 juni 2018. Eiser is verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door A. Koullali.  



Overwegingen


1. De voor de uitspraak van belang zijnde wetsartikelen zijn opgenomen in de bijlage bij de uitspraak.  


2. De rechtbank gaat uit van de volgende feiten. Eiser huurt sinds 15 maart 2016 de woning op het adres [adres] te [woonplaats]. Eiser heeft daarvoor huurtoeslag aangevraagd en toegekend gekregen. In het primaire besluit heeft verweerder aan eiser medegedeeld dat hij per 1 februari 2018 geen recht meer heeft op huurtoeslag omdat hij volgens verweerder in een recreatiewoning woont. Een bewoner van een recreatiewoning heeft op grond van artikel 8, gelezen in samenhang met artikel 1, onderdeel c, sub 2° van de Wet op de huurtoeslag (hierna: Wht) geen recht op huurtoeslag. Deze bepaling ten aanzien van recreatiewoningen is in werking getreden op 1 juli 2016. Verweerder voert de wijziging van de Wht soepel uit en heeft daarom de huurtoeslag van eiser niet met terugwerkende kracht per 1 juli 2016 gestopt maar per 1 februari 2018.  


3. Eiser heeft betoogd dat hij recht op huurtoeslag heeft omdat hij aangemerkt moet worden als huurder in de zin van artikel 1, onderdeel c, van de Wht, aangezien de door hem gehuurde woning geen onderdeel uitmaakt van een hotel-, pension-, kamp- of vakantiebestedingsbedrijf. Daartoe voert eiser aan dat hij een normale, zelfstandige woning op recreatief grondgebied huurt, alwaar permanent gewoond mag worden. Ter onderbouwing van deze stelling heeft eiser de huurovereenkomst overgelegd.  


4. Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat de wetgever alle woningen op een terrein dat als vakantiepark is bedoeld, heeft willen aanmerken als onderdeel uitmakend van een kamp- of vakantiebestedingsbedrijf, ongeacht het gebruik van de woningen, de wijze van exploitatie en de duur van de huurovereenkomst. Volgens verweerder is namelijk uit onderzoek gebleken dat de huurwoning van eiser is gelegen op het vakantiepark ‘Sneeuwwitje’, welke is voorzien van een aantal recreatieve voorzieningen, zoals een zwembad en een sportveld. Ook is er maar een toegangsweg naar het park, aldus verweerder. Gelet hierop kan worden geconcludeerd dat de woning van eiser onderdeel uitmaakt van een vakantiewoningenpark dan wel een vakantiebestedingsbedrijf. Daarnaast stelt verweerder dat dit type woningen destijds niet volgens de voor nieuw te bouwen woningen geldende eisen uit het Bouwbesluit zijn gebouwd en ook niet bestemd zijn voor permanente bewoning. Er gelden voor recreatiewoningen lichtere eisen dan voor een reguliere woning.  


5. De rechtbank overweegt als volgt. Tussen partijen is in geschil of de woning van eiser onderdeel uitmaakt van een vakantiebestedingsbedrijf. De wet geeft geen definitie van het begrip vakantiebestedingsbedrijf en ook de wetsgeschiedenis bevat geen omschrijving.  

Uit de passage in artikel V van de Memorie van Toelichting (Kamerstukken II 2015/16, 34373, nr. 3, blz. 40-41), waarin specifiek wordt gerefereerd aan controlemoeilijkheden voor de Belastingdienst/Toeslagen als het gaat om het vaststellen van het recht op huurtoeslag van ‘woningen gelegen in een vakantiewoningenpark’, maakt de rechtbank op dat de wetgever niet slechts het oog heeft gehad op woningen die bedrijfsmatig worden geëxploiteerd. Met de uitzondering ‘tenzij de woning onderdeel uitmaakt van een vakantiebestedingsbedrijf’ van artikel 1, aanhef en onder c, sub 2, van de Wht heeft de wetgever kennelijk het oog gehad op woningen gelegen op een vakantiewoningenpark. Het feitelijk gebruik van de individuele woning is niet bepalend. De rechtbank zal bij het uitleggen van de term vakantiebestedingsbedrijf aansluiten bij het normale spraakgebruik. Een vakantiebestedingsbedrijf is dan een bedrijf waar mensen hun vakantie besteden. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerderaannemelijk gemaakt dat het park ‘Sneeuwwitje’ als een vakantiebestedingsbedrijf is gebouwd en als zodanig nog in gebruik is. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat bij de entree van het park een slagboom staat en een informatiebord met daarop een plattegrond van het park. Verder is op het park een sportveld aanwezig en een buitenzwembad. Deze voorzieningen en faciliteiten kunnen ook door eiser worden gebruikt. Verder heeft eiser ter zitting desgevraagd verklaard dat het park een beheerder heeft. Deze beheerder maakt volgens eiser op regelmatige basis het zwembad schoon. Uit het bestemmingsplan blijkt dat het park recreatief bestemd is. Voornoemde omstandigheden maken dat eiser niet als huurder in de zin van de Wht kan worden aangemerkt zodat verweerder de huurtoeslag kon beëindigen. Dat het zwembad volgens eiser niet meer is dan betonnen bak met water en ook de andere voorzieningen volgens hem oud en vervallen zijn, maakt het voorgaande niet anders. Dat geldt ook voor de omstandigheid dat de woning van eiser een zelfstandige woning betreft, alwaar hij permanent mag verblijven. Dit is namelijk niet bepalend. De beroepsgrond slaagt niet.  


6. Reeds hierom is het beroep ongegrond. Hierdoor komt de rechtbank niet meer toe aan de beoordeling van verweerders standpunt dat de woning van eiser ook als recreatiewoning moet worden aangemerkt, omdat deze woning destijds niet volgens de geldende voorschriften uit het Bouwbesluit is gebouwd en daardoor niet bestemd zou zijn voor permanente bewoning.  


7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.




Beslissing


De rechtbank:


verklaart het beroep ongegrond.



Deze uitspraak is gedaan door mr. R. Raat, rechter, in tegenwoordigheid van mr. R.G. van den Berg, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op:  
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:
Rechtsmiddel Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Als hoger beroep is ingesteld, kan bij de voorzieningenrechter van de hogerberoepsrechter worden verzocht om het treffen van een voorlopige voorziening of om het opheffen of wijzigen van een bij deze uitspraak getroffen voorlopige voorziening.





https://www.recht.nl/rechtspraak/uitspraak/?ecli=ECLI:NL:RBGEL:2018:2901
door Bijstandshulp 12 jul., 2019
Vakbond FNV komt met bewoners uit de Rotterdamse wijken Hillesluis en Bloemhof in actie tegen plannen van de gemeente. Die heeft 1.200 huisbezoeken aangekondigd met een sociaal interventieteam, om zo fraude in de wijken op te sporen.

De adressen zijn aangewezen door middel van het Systeem Risico Indicatie (SyRi). Dat is een omstreden systeem waarmee de overheid persoonsgegevens kan koppelen en analyseren om fraude op te sporen.

SyRi merkt adressen aan als 'hoog risicoadressen' van onder meer fraude met uitkeringen en toeslagen of illegale arbeid. Eén op de tien adressen in Hillesluis en Bloemhof kan binnenkort op die manier een huisbezoek van de sociale recherche verwachten.  

Privacy

FNV vindt deze methode een grove aantasting van de privacy en burgerrechten. "Bewoners worden bij voorbaat gewantrouwd op basis van algoritmes die hen beoordelen met 'een verhoogde kans op fraude'. Waarvan en waarom wordt niet duidelijk", zegt Maureen van der Pligt van FNV.

Vorig jaar werd een rechtszaak aangespannen tegen de Staat der Nederlanden en SyRI. De rechtbank doet op 29 oktober een uitspraak over een mogelijk verbod van het systeem. Tot die tijd voert de vakbond acties. De actie in Rotterdam-Zuid staat gepland voor woensdagavond 19 juni bij de speeltuinvereniging in Hillesluis.


Bron:  https://www.rijnmond.nl/nieuws/182656/FNV-voert-actie-met-bewoners-Hillesluis-en-Bloemhof-tegen-huis...

door Bijstandshulp 12 jul., 2019

Mensen met schulden moeten geld overhouden om van te leven, en dus wordt, als het aan minister Dekker ligt, straks bij een beslag op een bankrekening een deel van het tegoed vrijgehouden.

Dat schrijft minister Sander Dekker (Rechtsbescherming) in een wetsvoorstel dat is ingediend bij de Tweede Kamer ingediend. De maatregel sluit aan bij de inzet van het kabinet om het aantal problematische schulden terug te dringen en mensen met schulden effectiever te helpen.

Er mag ook geen beslag worden gelegd op roerende zaken, zoals een auto of een inboedel, als voorzienbaar is dat de kosten de baten overtreffen. Dat leidt alleen maar tot een hogere schuld, omdat de kosten vaak voor rekening van de schuldenaar komen, aldus Dekker.  

Daarnaast moet de verouderde lijst van zaken die buiten een beslag blijven aangepast worden aan deze tijd. Roerende zaken mogen via internet worden geveild, en een deurwaarder moet het voertuig daadwerkelijk zien om er beslag op te kunnen leggen.



BRON:  https://www.nu.nl/economie/5940987/minister-dekker-wil-beslagvrije-voet-voor-bankrekening.html
door Bijstandshulp 12 jul., 2019

Mensen met schulden moeten geld overhouden om van te leven, en dus wordt, als het aan minister Dekker ligt, straks bij een beslag op een bankrekening een deel van het tegoed vrijgehouden.

Dat schrijft minister Sander Dekker (Rechtsbescherming) in een wetsvoorstel dat is ingediend bij de Tweede Kamer ingediend. De maatregel sluit aan bij de inzet van het kabinet om het aantal problematische schulden terug te dringen en mensen met schulden effectiever te helpen.

Er mag ook geen beslag worden gelegd op roerende zaken, zoals een auto of een inboedel, als voorzienbaar is dat de kosten de baten overtreffen. Dat leidt alleen maar tot een hogere schuld, omdat de kosten vaak voor rekening van de schuldenaar komen, aldus Dekker.  

Daarnaast moet de verouderde lijst van zaken die buiten een beslag blijven aangepast worden aan deze tijd. Roerende zaken mogen via internet worden geveild, en een deurwaarder moet het voertuig daadwerkelijk zien om er beslag op te kunnen leggen.


Bron:  https://www.nu.nl/economie/5940987/minister-dekker-wil-beslagvrije-voet-voor-bankrekening.html

door Bijstandshulp 10 mei, 2019
Dagvaarding ontvangen of dreigende afsluiting? Bel/ app 24/7 voor GRATIS hulp: 06-29415186
door Bijstandshulp 07 mei, 2019
terugvordering bijstandsuitkering
door Bijstandshulp 07 mei, 2019
Terugvordering bijstandsuitkering
door Bijstandshulp 03 mei, 2019
Huisuitzetting voorkomen? Bel/ app 24/7 06-29415186
door Bijstandshulp 10 feb., 2019

Waarom zetten we mensen eigenlijk nog uit hun sociale huurwoningen? Omdat ze in 80% van de gevallen de huur al een tijdje niet betaald hebben, natuurlijk. Dat begrijpen wij. Maar voor welk probleem is dat een oplossing? Dat de huurachterstand wordt terugbetaald? Nee, meestal kunnen verhuurders fluiten naar een groot deel van hun centen. Dat de komende maand geen huur hoeft te worden betaald? Niet door deze specifieke huurder misschien, maar ergens zal hij of zij onderdak vinden en dat onderdak moet betaald worden.

In een stuk of 20 gevallen die wij in onze Maatwerkfabriek hielpen afgelopen maanden, zag het er ongeveer als volgt uit. Een alleenstaande moeder is in de problemen gekomen omdat haar partner de benen heeft genomen. Die heeft haar laten zitten, zonder inkomen, met de kinderen. De echtscheiding laat op zich wachten. De huurachterstand loopt op. Maanden achtereen. Dan komt er een vonnis. Opeens is de executie van dat vonnis heel dichtbij. De moeder heeft, om allerlei redenen, nauwelijks een netwerk waarop ze kan bouwen. De huisuitzetting is volgende week. In een aantal gevallen lukte het zelfs niet om die te voorkomen. Dan heeft een alleenstaande moeder zonder netwerk niet zoveel andere keuze, dan zich te melden bij de crisisopvang. Gedoe met postadressen, regiobinding, uitkeringen. Plus: de kinderen kunnen niet in de crisisopvang. “Dit is geen plek voor kinderen.” En dat is ook zo. “Alle gezinskamers zijn bezet.” Met als gevolg dat de kinderen even bij een pleeggezin wordt ondergebracht. In één geval werden drie kinderen uit één gezin, zelfs ondergebracht in drie verschillende pleeggezinnen. Vanwege 1.800 euro huurachterstand.

Is dat slim? Uiteindelijk is dit gezin na drie maanden weer herenigd en gehuisvest. Bij dezelfde woningcorporatie. Via een laatste-kans-woning. De huurachterstand ging mee in de sanering van andere schulden. De woningbouw ziet daar de komende drie jaar nog iets minder dan 10% van terug. Ondertussen hebben de kids en hun moeder een behoorlijke knauw gekregen. Die drie maanden noodopvang en drie uithuisplaatsingen hebben de gemeente bovendien iets meer dan 125 duizend euro gekost. Vanwege 1.800 euro huurachterstand.

Omdat mensen nu eenmaal hun huur moeten betalen, en omdat we nu eenmaal mensen uit huis zetten als ze dat niet doen, draait de samenleving dus op voor meer dan een ton aan kosten en worden kinderen drie maanden weliswaar liefdevol opgevangen, maar zonder hun moeder. We vinden het als samenleving logisch dat mensen hun huis uit moeten als ze hun huur niet betalen. Maar vinden we dat nog steeds zo logisch als we collectief weten wat de onzichtbare maatschappelijke kosten daarvan het gevolg zijn? Wij denken van niet. Wij denken dat er veel logischere dingen te bedenken zijn. Waardoor deze moeders en hun kids in hun huis kunnen blijven wonen. In de vorm van tegenprestaties, tijdelijke overdracht van financiële regie, huren onder aanvullende voorwaarden. Het aardige is: dat gebeurt ook al veelvuldig en succesvol. Daarom denken wij dat we huisuitzettingen zo langzamerhand maar beter helemaal kunnen afschaffen. Dat scheelt een boel ellende en maatschappelijke kosten.

Deze column verscheen eerder deze maand in   Zorg en Welzijn

door Bijstandshulp 10 feb., 2019
Het experiment waardoor Amsterdammers kunnen bijverdienen naast hun bijstandsuitkering, levert de deelnemers soms bar weinig op. Ook maakt het meer mensen afhankelijk van een kleine deeltijdbaan.

Met die kritiek komt de Bijstandsbond. De belangenbehartiger van de ruim 40.000 Amsterdamse bijstandsgerechtigden stond vorig jaar positief tegenover het begin van de proef. Na de eerste ervaringen denkt de Bijstandsbond er anders over.

Volgens de regels van   het Amsterdamse experiment   mogen bijstandsgerechtigden de helft houden van wat ze in deeltijd bijverdienen. Wel is er een maximum van 200 euro per maand. Door andere regels houden ze van dat bedrag soms weinig tot niets over, zegt Piet van der Lende van de Bijstandsbond.  

Kwijtschelding
Verschillende leden hebben zich gemeld met de klacht dat ze geen kwijtschelding meer krijgen van de gemeentelijke belastingen. Daarom moeten ze hun jaarlijkse afvalstoffenheffing (276 tot 368 euro) zelf betalen, maar ook hun waterschapsbelastingen (167 tot 275 euro).


Piet Van der Lende

Voorzitter Bijstandsbond merkt dat bijverdienproef niet voldoet aan de verwachtingen.

Met het hogere inkomen houdt de gemeente rekening als een bijstandsontvanger kwijtschelding aanvraagt. Het gaat echter fout bij de vermogenstoets. Veel deelnemers kregen de extra verdiensten voor zes maanden in een keer overgemaakt. Daardoor staat er al snel te veel op hun bankrekening om kwijtschelding te krijgen.

Flexibele arbeidskrachten
De Bijstandsbond zet vraagtekens bij de gevolgen van de bijverdienproef voor de arbeidsmarkt. Het experiment maakt meer bijstandsgerechtigden beschikbaar voor kleine bijbaantjes, waardoor werkgevers kunnen putten uit een groter aanbod van goedkope, flexibele arbeidskrachten.

Dat de arbeidsmarkt meer en meer om tijdelijke, matig betaalde deeltijdbanen draait, is toch al een grote zorg voor de belangenorganisatie. Als voorbeeld verwijst Van der Lende naar oproepkrachten die ongeveer 20 uur per week werk hebben, terwijl wel van hen wordt verlangd dat ze de hele week beschikbaar zijn. "Je kunt er
dus geen andere deeltijdbaan bij nemen."

Dat werkgevers meer goedkope arbeidskrachten aanboren, ziet de Bijstandsbond ook op andere plekken waar bijstandsgerechtigden werken met behoud van hun uitkering. Dit soort effecten op de arbeidsmarkt zouden een rol moeten spelen bij de evaluatie van de proef, vindt Van der Lende.

Hoe dan ook acht de Bijstandsbond de kans niet erg groot dat bijstandsgerechtigden vanuit zulke flexibele deeltijdbaantjes vast werk vinden, terwijl dat wel de gedachte was achter de bijstandsproef.  

Alleenstaande moeders
Arjan Vliegenthart, de vorige wethouder van Sociale Zaken, h oopte dat een op de drie deelnemers aan de proef een fulltimebaan zou vinden , of in deeltijd zoveel zou verdienen dat een uitkering niet meer nodig was. Hij dacht bijvoorbeeld aan alleenstaande moeders met kinderen die inmiddels op school zitten.

"Deeltijdwerk is een belangrijk onderdeel van de Amsterdamse samenleving, maar ook een belangrijke stap om niet langer op een uitkering aangewezen te zijn," reageert een woordvoerder van Rutger Groot Wassink, de huidige wethouder van Sociale Zaken. "We verwachten dat alle bijstandsgerechtigden die in deeltijd gaan werken, dus niet alleen de deelnemers aan het experiment, normaal betaald worden en niet onder het geldende minimumloon."

Vorig jaar hebben zo'n 1500 deelnemers aan de proef samen ruim 1,7 miljoen euro bijverdiend bovenop hun bijstandsuitkering. Momenteel kunnen bijstandsgerechtigden zich weer aanmelden. Bijna 1100 hebben dat gedaan.

Bron: Het Parool

Show More
Share by: